Overzicht baten en lasten

Maatschappelijke ondersteuning, Sport en cultuur

R2023

B2024

B2025

B2026

B2027

B2028

Lasten

16.983

19.779

19.532

15.400

15.225

15.178

Baten

5.593

5.502

4.853

1.067

694

694

Saldo baten en lasten

-11.391

-14.277

-14.679

-14.334

-14.531

-14.483

Toevoegingen aan reserves

0

0

0

0

0

0

Onttrekkingen aan reserves

0

0

0

0

0

0

Saldo reserves

0

0

0

0

0

0

Saldo

-11.391

-14.277

-14.679

-14.334

-14.531

-14.483

Toelichting

De baten zijn in 2025 € 0,65 miljoen lager dan in 2024. Dit wordt voornamelijk veroorzaakt door:

  • Lagere baten doordat in 2024 eenmalige inkomsten zijn opgenomen vanuit Spuk regelingen waarvoor in 2025 nog geen middelen zijn opgenomen (totaal € 0,38 mln.). Deze Spuk gelden worden in 2025 geraamd, zodra daar beschikkingen van zijn ontvangen vanuit het Rijk. Tegenover deze lagere baten, staan ook lagere lasten. De Spuk regelingen betreffen een vergoedingen voor uitvoeringskosten met betrekking de Toeslagenaffaire (€ 0,17 mln.), Spuk rijksbijdrage voor impulsaanpak winkelgebied met betrekking tot het Schansgebied (0,09 mln.) en de gezamenlijke Spuk Gezond en Actief Leven Akkoord (GALA) en Integraal Zorgakkoord (IZA) (€ 0,12 mln.).

  • Hogere baten voor Spuk regeling opvang Ontheemden Oekraïne (€ 0,46 mln.). Voor 2025 is op basis van het aantal opvangplekken een inschatting van de baten gemaakt. Deze worden hoger ingeschat dan in 2024. Hiermee worden gemeenten geacht de lasten voor de opvang te kunnen bekostigen. De baten en lasten voor deze Spuk regeling zijn neutraal verwerkt in de begroting 2025 (zie ook toelichting bij de lasten).

  • Lagere baten doordat in 2024 (eenmalige) inkomsten zijn opgenomen voor bijdragen van derden waarvoor in 2025 lagere of geen middelen zijn opgenomen (totaal € 0,73 mln.). Zo is de bijdrage voor vergoeding van kosten van de verhoogde asielinstroom in 2025 lager (€ 0,63 mln.). Daarnaast is er een eenmalige bijdrage in 2024 vanuit Amsterdam voor de inzet van Blijvend Veilig (0,10 mln.). Tegenover deze lagere baten staan ook lagere lasten. 

De lasten zijn in 2025 € 0,25 miljoen lager dan in 2024. Dit wordt voornamelijk veroorzaakt door:

  • Zoals aan de batenkant is toegelicht zijn er eenmalige lasten in 2024 vanuit Spuk regelingen waarvoor in 2025 nog geen middelen zijn opgenomen (totaal € 0,29 mln.). Deze Spuk gelden worden in 2025 geraamd, zodra daar beschikkingen van zijn ontvangen vanuit het Rijk. Tegenover deze lagere lasten, staan ook lagere baten. De Spuk regelingen betreffen de uitvoeringskosten met betrekking de Toeslagenaffaire (€ 0,17 mln.) en de gezamenlijke Spuk Gezond en Actief Leven Akkoord (GALA) en Integraal Zorgakkoord (IZA) (€ 0,12 mln.).

  • Hogere lasten Opvang Ontheemden Oekraïne (totaal € 1,56 mln.). De hogere lasten zijn tweeledig. Enerzijds is er in 2024 eenmalig een voordeel opgenomen doordat de uitgaven lager zijn dan de vergoeding in de Spuk regeling (€ 1,1 mln.). De regeling laat in 2024 toe om het overschot als gemeente te behouden. Anderzijds is in 2025 op basis van het aantal opvangplekken een nieuwe inschatting gemaakt van de vergoeding (baten). Deze vallen hoger uit dan in 2024 (€ 0,46 mln.). Voor 2025 is het echter nog onzeker of een eventuele hogere vergoeding dan de uitgaven behouden mag worden. Om deze reden zijn de uitgaven en inkomsten voor deze Spuk regeling in 2025 neutraal opgenomen (zie ook toelichting bij de baten).

  • Lagere lasten doordat in 2024 (eenmalige) lasten zijn opgenomen die worden bekostigd uit bijdragen van derden, waarvoor in 2025 lagere of (nog) geen middelen zijn opgenomen (totaal € 0,73 mln.). Zo zijn de kosten van de verhoogde asielinstroom in 2025 lager (€ 0,63 mln.). Daarnaast is er in 2024 extra inzet vanuit een eenmalige bijdrage van Amsterdam met betrekking tot Blijvend Veilig (0,1 mln.) waar wordt gewerkt aan verdere implementatie van de werkwijze Blijvend Veilig bij het sociaal team en ketenpartners. Uithoorn is binnen onze regio samen met Amsterdam Noord proeftuin van Blijvend Veilig. Tegenover deze lagere lasten staan ook lagere baten.

  • Hogere lasten voor rente en afschrijving door investeringen vanuit het Meerjaren investeringsplan Sport (MIP) (€ 0,06 mln.).

  • Lagere lasten doordat in 2024 eenmalig subsidie is opgenomen voor de instandhouding van de monumentale delen van de Schanskerk en de pastorie (€ 0,92 mln.).

  • Lagere lasten asiel en migratie (€ 0,14 mln). In 2024 zijn eenmalig extra lasten opgenomen met betrekking tot tijdelijke inhuur voor een beleidsadviseur Asiel- en migratieketen. Vanaf 2025 is deze opgenomen in de vaste formatie . Daarnaast is er in 2024 eenmalig budget opgenomen voor locatieonderzoek tijdelijke opvang asielzoekers.

  • Lagere lasten door het samenvoegen van de eerder afzonderlijke subsidiebeleidsregels voor Jongerenwerk en Specialistische Jongerenwerk. Dit leidt tot een verschuiving van subsidiemiddelen uit het deelprogramma Maatschappelijke ondersteuning, Sport en cultuur naar het deelprogramma Veiligheid, exclusief indexering (€ 0,11 mln.).

  • Lagere lasten die voortkomen vanuit een herbezinning op taken, waarbij gekeken is naar bestaande taken die op een andere of slimmere werkwijze vormgegeven kunnen worden (totaal € 0,10 mln.). Zo wordt beoogd om de bestaande werkzaamheden maatschappelijke begeleiding onder te brengen binnen de Spuk regeling voor Inburgering waardoor lokale middelen worden vrijgespeeld (€ 0,06 mln.). Daarnaast zal de andere werkwijze door het samenvoegen van Jongerenwerk en specialistische Jongerenwerk naar verwachting een voordeel opleveren doordat er meer ingezet wordt op de doelgroep die ondersteuning nodig heeft en minder op activiteiten voor iedereen (€ 0,04 mln.).    

  • Lagere lasten doordat in 2024 eenmalige lasten waren opgenomen voor energie-compensatie buurt- en dorpshuizen en eenmalige hogere kosten maatschappelijke begeleiding statushouders (€ 0,05 mln.).

  • Hogere lasten door indexering subsidieplafonds (€ 0,06 mln.).

  • Lagere lasten voor datagedreven sturen en monitoring. In 2024 is eenmalig budget opgenomen voor het project kostenbeheersing Jeugdhulp en het uitvoeren van een impactanalyse vergrijzing (€ 0,09 mln.).

  • Hogere lasten WMO (totaal € 0,43 mln). De stijging van de budgetten hebben betrekking op indexering (€ 0,29 mln.) en reeds bij de Kadernota opgenomen volumetoename (€ 0,25 mln.). Daarnaast zijn er ook lagere lasten, omdat er in 2025 een groter effect is te verwachten vanuit de herbezinning van taken waarbij cliënten met betrekking tot wmo inidviduele begeleiding met een psychiatrie en of verslavingsproblematiek naar Amsterdam worden overgedragen voor trajecten die worden bekostigd uit rijksbudget (€ 0,10 mln).

  • Hogere uitgaven voor de begroting van de verbonden partij Openbare Gezondheidszorg Amsterdam-Amstelland (OGZ AA) en Veilig thuis, met name als het gevolg van indexeringen (€ 0,07 mln.).

   

Stel uw tan:document zelf samen

SELECTIE

0 - geselecteerd

Direct downloaden


Volledige pdf